T.S. Eliot - The Waste Land (fragment)


The Waste Land (fragment)

April is the cruellest month, breeding
Lilacs out of the dead land, mixing
Memory and desire, stirring
Dull roots with spring rain.
Winter kept us warm, covering
Earth in forgetful snow, feeding
A little life with dried tubers.
Summer surprised us, coming over the Starnbergersee
With a shower of rain; we stopped in the colonnade,
And went on in sunlight, into the Hofgarten,
And drank coffee, and talked for an hour.
Bin gar keine Russin, stamm’ aus Litauen, echt deutsch.
And when we were children, staying at the archduke’s,
My cousin’s, he took me out on a sled,
And I was frightened. He said, Marie, 15
Marie, hold on tight. And down we went.
In the mountains, there you feel free.
I read, much of the night, and go south in the winter.

T.S. Eliot (1888–1965) - The Waste Land (fragment), 1922

Het barre land (fragment)

April is de gruwelijkste maand, ze teelt
Seringen uit het dode land, vermengt
Herinnering en begeren, port
Fletse wortels op met lenteregen.
De winter verwarmde ons, bedekte
De aarde met achteloze sneeuw, voedde
Een restje leven met droge knollen.
De zomer verraste ons, van over de Starnbergersee
Met een regenbui; we schuilden onder de colonnade,
En liepen verder in de zon, de Hofgarten binnen,
En dronken koffie, en praatten een uur.
Bin gar keine Russin, stamm' aus Litauen, echt deutsch.
En toen we als kind logeerden bij de aartshertog,
Mijn neef, nam die me mee uit sleeën,
En ik was bang. Hij zei, Marie,
Marie, hou je goed vast. En daar gingen we.
In de bergen, daar voel je je vrij.
Ik lees, tot diep in de nacht, en ga 's winters naar het zuiden.

(vertaling Jan Venderickx)