Kees van Kooten - Aan het werk



Aan het werk

Ik kijk mijn zoon.
Hij slaapt, ik schrik
En zie: daar ligt mijn vader.
Ik vraag hen wie ik wezen wil
en of ik die al nader.
Zij zwijgen dat ik verder moet.

ik kus zijn halsslagader:
Barbara, klopt zij, Barbara.
(Zijn mond geurt nog naar tandpasta)
Aan het werk dus, aan het werk!
De slagen der stomheid
zien te verslaan
Door kakelend op mijn handen te staan.

Kees van Kooten

Uit: Veertig. Amsterdam 1982.